• kantoor accountenz, breda boven
  • kantoor accountenz, breda
  • kantoor accountenz, breda boven
  • kantoor accountenz, breda

Een fiets van de zaak, heeft u de fiscale wind al in de rug?

Voor de fiets van de zaak maakt een bijtellingsregeling een eind aan allerlei administratieve ballast. Het exact bijhouden hoeveel iemand privé en zakelijk fietst, behoort daarmee tot het verleden. De bijtelling bedraagt voortaan 7%!

Bijtelling voor de ter beschikking gestelde fiets
Voor de bijtelling van de fiets van de zaak geldt een forfait van 7% van de consumentenadviesprijs als de werkgever 'ook voor privégebruik' een fiets ter beschikking stelt aan de werknemer. Dit betekent dat de fiets eigendom blijft van de werkgever of door de werkgever wordt geleaset. Als de werknemer deze fiets gebruikt voor zijn woon-werkverkeer of voor zakelijke ritten, kan er voor die ritten geen sprake meer zijn van een onbelaste reiskostenvergoeding. De werknemer gebruikt dan immers voor deze ritten geen privévervoermiddel.

Als de werkgever een fiets ter beschikking stelt, kunnen werkgever en werknemer samen kiezen voor een cafetariaregeling. De werknemer levert dan brutoloon in en krijgt in ruil daarvoor de fiets ter beschikking gesteld. Fiscaal levert dat een besparing op, omdat de werknemer voor de fiets slechts belast wordt voor het bedrag van het forfait van 7%. Voor een cafetariaregeling gelden specifieke eisen, met name voor het realiteitsgehalte ervan..

Het komt ook voor dat de werkgever een fiets aan de werknemer verstrekt of de kosten van aanschaf van een privéfiets vergoedt. In dat geval is de fiets eigendom van de werknemer. De verstrekking of vergoeding is dan belast loon. Via de werkkostenregeling kan de fiets belastingvrij worden verstrekt. Is er geen vrije ruimte meer, dan betaalt de werkgever 80% belasting via de eindheffing.

De forfaitaire bijtelling voor privégebruik geldt niet als de fiets verstrekt wordt of als de kosten van aanschaf van een privéfiets vergoed worden. De werknemer gebruikt dan immers zijn eigen fiets voor zakelijke ritten en woon-werkverkeer. Hiervoor is een onbelaste reiskostenvergoeding van € 0,19 per kilometer wél mogelijk.

Tip!

In tegenstelling tot de bijtelling voor privégebruik van een auto van de zaak, kan de werkgever de bijtelling voor de fiets onder de werkkostenregeling laten vallen. Dat kan voordelig zijn als er nog 'vrije ruimte' beschikbaar is die nog niet is ingevuld met andere secundaire arbeidsvoorwaarden. De medewerker krijgt dan op zijn loonstrook geen inhouding meer voor de loonheffing over de bijtelling van zijn fiets.

De regels voor werknemers gelden ook voor de DGA van een bv. De DGA wordt fiscaal gezien aangemerkt als werknemer.

De waardering van het voordeel van een fiets van de zaak op 7% geldt ook voor zelfstandig ondernemers. Effectief werkt dit hetzelfde als voor werknemers, zij het dat de 7%-bijtelling in dit geval bij de winst wordt opgeteld. Het bedrag van de bijtelling is nooit meer dan de totale kosten van de fiets in het jaar.

Wel of geen privégebruik?
De forfaitaire bijtelling is niet van toepassing als de werknemer de (deel)fiets alleen voor zakelijke ritten gebruikt en dus niet mee naar huis neemt. Maar wordt de fiets ook voor woon-werkverkeer gebruikt, dan geldt er een wettelijke fictie: de fiets wordt geacht 'ook voor privédoeleinden ter beschikking te zijn gesteld indien de fiets ook voor woon-werkverkeer ter beschikking is gesteld'. Of de fiets ook daadwerkelijk privé wordt gebruikt, is voor deze regeling niet belangrijk. Anders dan bij een auto kan er bij gebruik van de fiets voor woon-werkverkeer dus geen 'tegenbewijsregeling' (rittenregistratie) gebruikt worden om aannemelijk te maken dat de fiets niet privé wordt gebruikt.

Tip!

Worden deelfietsen die op de zaak of op een ander uitgiftepunt gestald staan ook voor woon-werkverkeer gebruikt, dan geldt voor die fiets de forfaitaire bijtelling. Lastig punt bij zo'n deelfiets is dan wel dat je als werknemer niet het hele jaar het exclusieve gebruiksrecht van de deelfiets hebt. In de wet is hier geen specifieke regeling voor getroffen. Per situatie zal dan gekeken moeten worden hoe de bijtelling berekend moet worden. Overleg met de Belastingdienst over deze deelfietsen is dan aan te raden.

Definitie van een fiets
Deze bestaat niet. Voor de loonbelasting telt als fiets wat in het gewone spraakgebruik als fiets wordt gezien. Dus wel een (elektrische) fiets of e-bike, maar geen gewone bromfietsen en snorfietsen. Wel valt door een wettelijke uitbreiding van het begrip 'fiets' in de loon- en inkomstenbelasting de speed-pedelec onder het forfait van 7%. Een speed-pedelec is een fiets met elektrische trapondersteuning met een maximale snelheid tussen de 25 km en de 45 km per uur.
Fiscaal kunnen in deze regeling ook sportieve fietsen zoals een racefiets of mountainbike ingezet worden als fiets van de zaak.

De in Nederland door de fabrikant of importeur publiek kenbaar gemaakte consumentenadviesprijs geldt als uitgangspunt voor de waarde waarover de bijtelling van 7% wordt berekend. Als er voor de fiets geen consumentenadviesprijs bekend is, moet de consumentenadviesprijs van de vergelijkbaarste fiets gehanteerd worden.

Deze waarde geldt zowel voor een nieuwe fiets als voor een gebruikte fiets.
Voor gebruikte fietsen zal het niet altijd makkelijk zijn om de oorspronkelijke consumentenadviesprijs te achterhalen. De gezamenlijke fietsimporteurs en fabrikanten hebben daarom via de Stichting Digitaal Samenwerken Tweewielerbranche een onlinetool beschikbaar gesteld op de website www.bijtellingzakelijkefiets.nl.

Omzetbelasting
De btw op de aankoop of de leasetermijnen is tot maximaal € 130 aftrekbaar als de werkgever in het lopende kalenderjaar en de twee jaren daarvoor geen fiets voor deze werknemer heeft gekocht of geleaset, de werknemer de fiets ook privé mag gebruiken en de werkgever naast de fiets voor maximaal de helft van de reisdagen voorziet in een andere vergoeding of voorziening voor het woon-werkverkeer van de werknemer.
Praktisch bezien betekent dit dus bijvoorbeeld géén btw-aftrek als de medewerker naast de fiets ook een auto van de zaak heeft, maar bijvoorbeeld wel btw-aftrek als de medewerker alle dagen per fiets reist en geen reiskosten-vergoeding meer krijgt.
De aftrekbeperking van de btw tot € 130 geldt niet voor de zakelijke fiets van deondernerr zelf. Deze dient het privégebruik zelf in te schatten en kan dit deel van de btw niet aftrekken.

Eigen bijdrage voor privégebruik
De bijtelling voor het privégebruik van de ter beschikking gestelde fiets van de zaak betreft het bedrag dat bij de werknemer wordt belast voor het privé kunnen gebruiken van de fiets. Feitelijk gaat het daarbij om vaststelling van het loon in natura. Voor zover de werknemer zelf de kosten van die fiets betaalt in de vorm van een vergoeding voor privégebruik, is er geen sprake van een belast voordeel en daarom ook niet van fiscaal loon in natura. In de wet is het zo geregeld dat de bijtelling belast wordt 'voor zover het uitgaat boven de vergoeding die de werknemer voor het gebruik voor privédoeleinden is verschuldigd'.

Tip!

Belangrijk is dan wel dat de werkgever de bijdrage van de werknemer juridisch en administratief de vorm geeft van een vergoeding voor privégebruik en dat dit administratief via de loonstrook verwerkt wordt.
Betaalt de werknemer een eigen bijdrage voor de ter beschikking gestelde fiets, dan is die bijdrage belast met btw. Voor de btw-aftrek van maximaal € 130 moet vervolgens worden beoordeeld of de inkoopprijs minus de eigen bijdrage hoger of lager is dan € 749 inclusief btw. Als het saldo niet hoger is dan € 749 inclusief btw, komt de voor de inkoop/lease van de fiets aan de ondernemer in rekening gebrachte btw volledig voor aftrek in aanmerking.

Als de inkoopprijs of het totaal van de leasetermijnen na aftrek van de eigen bijdrage van de werknemer hoger is dan € 749 inclusief btw, is de aftrek van btw uitgesloten voor het bedrag dat uitkomt boven € 749.

Investeringsaftrek
Op specifieke fietsen kan de milieu-investeringsaftrek (MIA) van toepassing zijn. Die investeringsaftrek geldt ook bij operational lease, waarbij de leasemaatschappij de aftrek toepast.
Raadpleeg hiervoor de milieulijst van RVO. Naast MIA is vaak ook 75% willekeurige afschrijving mogelijk.

Tip!

Om voor MIA en willekeurige afschrijving in aanmerking te komen, moet de investering binnen drie maanden na het aangaan van de verplichting(en) zijn aangemeld bij RVO.

Klik hier voor onze kennisfolder

Tot slot

Het is nu eenvoudiger om een fiets van de zaak te rijden. Wilt u gebruik maken van deze regeling, neem dan contact op met onze belastingadviseurs Marcel de Bree of Steven Heller. Zij kunnen u een passend advies geven en u adviseren bij de formele vastlegging van de fietsregeling. U kunt hen telefonisch bereiken op 0161-431599.